top of page

NEUROGENE COMMUNICATIESTOORNISSEN

‘Neurogene communicatiestoornissen‘ is een verzamelnaam voor mogelijke stoornissen die zich voordoen na een niet-aangeboren hersenletsel (NAH). Meestal zijn ze het gevolg van een cerebrovasculair accident (CVA), trauma of beroerte. Ze kunnen ook het gevolg zijn van een neurodegeneratieve aandoening, zoals dementie, ALS, de ziekte van Parkinson, multiple sclerose,… Therapie bestaat uit het behandelen en adviseren van de cliënt en zijn omgeving met als einddoel het optimaliseren van de levenskwaliteit.

AFASIE – TAAL

Afasie is een verworven taalstoornis die in verschillende modaliteiten tot uiting kan komen (spreken, lezen, schrijven, begrijpen). De lokalisatie van het letsel bepaalt de ernst van de stoornis. Dit  kan gaan van lichte woordvindingproblemen (anomie), tot een verstoorde taalproductie al dan niet in combinatie met een gestoord taalbegrip. 

COGNITIEVE MOEILIJKHEDEN

Als gevolg van een hersenletsel kunnen er zich ook problemen voordoen op vlak van concentratie, aandacht en geheugen.

DYSARTRIE – SPRAAK

Dysartrie is een verworven spraakstoornis die wordt veroorzaakt door een gedeeltelijke of volledige verlamming van de spraakmusculatuur of een gestoorde coördinatie van de spraakbewegingen. De spraakverstaanbaarheid kan in verschillende mate aangetast zijn, afhankelijk van de ernst van het letsel. Problemen kunnen optreden op vlak van articulatie, ademhaling, stemgeving, resonantie en intonatie. Het taalvermogen van een persoon met dysartrie is intact.

SPRAAKAPRAXIE – PROGRAMMATIE VAN DE SPIEREN

Spraakapraxie is een stoornis in de programmering van de spraakmusculatuur en de programmering van achtereenvolgende spierbewegingen. De spieren op zich werken goed, maar het motorisch programma, die bepaalt welke bewegingen moeten worden uitgevoerd voor een welbepaalde spraakklank, is verstoord. Spraakklanken moeten opnieuw worden geprogrammeerd aan de hand van logopedische therapie.

bottom of page